zondag 12 september 2010

Costa Rica


Costa Rica prijkt al jaren in/aan de top van de ‘happy planet index’. Die geeft een combinatie aan van hoe gelukkig de inwoners zijn en hoe weinig ze de aarde belasten. Sinds het eerste bezoek jaren geleden vonden we het al meteen het land met de meest spectaculaire flora die we ooit hadden gezien (totdat we in Madagascar kwamen; nu delen ze de eerste plaats).
Deze keer waren we hier vooral om Daniela (zus van Ad) te ontmoeten. Zij studeert hier aan de INCAE business school. Zó leuk om al die studenten te horen klagen over hoe vreselijk hard ze moeten werken als je zelf net op je gemak hebt gezwommen om daarna op een terras te lunchen. Maar terwijl we ’s avonds aan het diner de cases bespraken waar ze aan werkten ‘kriebelde’ het toch ook wel weer: interessante materie! Costa Rica heeft een stabiel politiek klimaat en geen leger. De overheid besteedt het geld liever aan onderwijs en gezondheidszorg. Dat heeft onder andere gezorgd voor een aantal kwalitatief hoogstaande opleidingen waar studenten uit de hele wereld op af komen.

Al snel nadat we in dit weelderig groene land aan kwamen zakte de verontwaardiging waarmee we uit de VS vertrokken gelukkig flink. Bij het inleveren van de camper in Seattle bleef het bedrijf hun claim over extra kosten namelijk volhouden. We hebben zelfs de politie erbij gehaald en medewerkers gevraagd de destijds gemaakte afspraken aan de politie te vertellen. Zij gaven ons allemaal gelijk maar de eigenaar gaf geen krimp. De politie kon helaas weinig doen omdat het een zakelijk geschil betrof en ze raadden ons aan ermee naar de rechter te gaan. Maar ja dat kost nog meer negatieve energie en geld en daar hebben we niet zoveel trek in. Wat ons het meeste dwars zit is dat zo’n niet correcte zakenman er dan wel gewoon mee weg komt. We broeden nog op mogelijkheden om in ieder geval potentiële klanten via internet te laten weten dat ze hun heil (en camper) beter elders kunnen zoeken. Dat geeft dan toch nog een beetje het gevoel van gerechtigheid.


Het is hier ook veel te mooi om lang boos te blijven. Tussen al die reuzenformaat kamerplanten vliegen kleurrijke vogels, kruipen leguanen, hangen luiaards te dromen en spelen apen hoog in de bomen. Het kan zo dienen als voorbeeld voor een schilderij van het paradijs. “Awe inspiring” zouden de Amerikanen zeggen. Wat de Costa Ricanen zeggen weten we nog niet want onze Spaanse les begint pas volgende week.
's Nachts zijn we iets minder blij met de dieren. Sommige vogels lijken een wedstrijdje te houden 'wie er het hardst kan zingen' en sommige krekels maken het geluid van een wekker waardoor je meteen weer rechtop in je bed zit als je per ongeluk toch even was weggedommeld. Gekko's laten met een hard klikkend geluid weten dat dit hun territorium is en een hele families eekhoorns gebruiken ons dak als renbaan.

Toch staan we vroeg op want tijdens het regenseizoen is tot een uur of één mooi helder weer. Daarna vallen er af en toe een paar fikse buien. Maar die beletten ons nauwelijks om erop uit te gaan om bijvoorbeeld de aktieve Poás vulkaan te bezoeken. Dat ging nog bijna mis want toen we op de afgesproken meeting point kwamen werden we daar keurig opgewacht door een meneer in een uniform die kordaat op zijn lijst aanstreepte dat de twee bezoekers gearriveerd waren. Hij belde om verder vervoer te regelen en dirigeerde ons vervolgens naar het busje dat voorreed. Gelukkig hadden we snel door dat dit allemaal weliswaar heel gesmeerd ging maar dat er toch iets niet leek te kloppen. Daar bleken we gelijk in te hebben toen de chauffeur bevestigde dat hij opdracht had gekregen om ons af te zetten op het vliegveld.
Oh ja, dat is immers ook zo: beter om toch altijd alles vooraf te checken.

Na dit misverstand kwam het allemaal nog goed en reden we langs vele bossen en koffieplantages naar Poás. Ze verbouwen hier alleen Arrabica en ook alleen maar van de allerbeste kwaliteit en bovendien zijn de plantages voor 80% eigendom van ‘kleine boeren’ zo werd ons verzekerd. De bonen worden meest handmatig geplukt omdat het sorteren aankomt op de juiste kleur en vorm. Machines hebben daar moeite mee. Het is hard werken en wordt voornamelijk gedaan door Nicaraguanen. Of zij blij zijn dat ze werk hebben kunnen vinden in het ‘gelukkigste’ land ter wereld weten we niet maar als ze net als wij hun dag mogen beginnen met een kopje lokale koffie dan proeven ze in ieder geval resultaat van hun werk.
Héérlijk.

meer foto's op http://wereldreis2010.phanfare.com

Geen opmerkingen:

Een reactie posten